Bioscopen in Sittard

Gepubliceerd op 27 december 2021 om 15:13

De geschiedenis van bioscopen en bioscoopexploitanten in Sittard gaat terug tot begin 20ste eeuw. In deze tijd speelde het sociaal en cultureel leven zich vooral in de kleine zalen van de cafés en herbergen.

Obern Bayern, in de Voorstad gelegen, beschikte over een grote zaal en hier gaven de lokale harmonieën hun concerten, werden bals georganiseerd en hielden de Marotte hun zittingen. De grote steden beschikten allemaal al over een bioscoop maar in Sittard was de drempel wel erg hoog voor een dergelijke nieuwe vinding.

Op Putstraat 86 woonde Jan Hendrik Martens, geboren in 1870 als  zoon van landbouwer en herbergier Peter Nicolaas. Alhoewel zijn vader zowel een café, een danszaal als ook een concertzaal uitbaatte zag Jan Hendrik een loopbaan in de horeca niet zitten en solliciteerde op 15 jarige leeftijd  bij de marechaussee en hij werd opperwachtmeester. Na 40 dienstjaren ging hij met pensioen. Aan de Rijksweg Noord begon hij een hotel met kegelbaan en bioscoop. Zijn halfbroer, uit het tweede huwelijk van Peter Nicolaas, Jan Arnold, had al wat ervaring met het vertonen van films. Hij had in de herberg van zijn vader onder de naam “Zaal Martens” een filmzaal ingericht, een van de eerste in Sittard. In 1915 was Ferdinand Benoit, uitbater van Cinema Palace (later Obern Bayern), in 1918 Van der Waarden met Royal in de Brandstraat.

Zij waren de eersten die het waagden om in Sittard een film te vertonen. Ze waren niet zo succesvol en hielden het niet lang vol hetgeen o.a. lag aan negatieve houding van kerk en overheid in Sittard. Films die vertoond werden moesten eerst gekeurd worden door kerkelijke instanties en door de overheid. Men was bang dat de films een groot gevaar vormde voor de moraal van de inwoners van Sittard. Films waarin sprake was van moord, doodslag, zelfmoord en inbraak waren ten strengste verboden omdat men bang was dat dit tot navolging zou leiden. Deze verordening kwam van burgemeester Gijzels in 1913, de tijd dat er nog alleen maar rondreizende bioscopen waren.

Films mochten natuurlijk ook niet in strijd zijn met de openbare zeden en zo werd Cinema Palace in 1917 al voor 4 weken gesloten omdat er aanstootgevende films vertoond werden. Er werd toen besloten dat alle films een week voor vertoning ingeleverd moesten worden op het gemeentehuis en vervolgens bepaalde de burgemeester of de film al dan niet geschikt was voor openbare vertoning. De politie zag toe dat de exploitanten zich hielden aan de regels op straffe van sluiting van de bioscoop. In 1918 oordeelde de politie dat de burgemeester niet streng genoeg was. In de vertoonde films waren misdrijven, overspel en zinnenprikkelende kleding te zien. Dat ging te ver. Er moesten nieuwe maatregelen genomen worden om de burger te beschermen. Jeugd onder de 18 mocht niet meer naar bioscoop, tenzij het ging om een speciaal voor de jeugd gemaakte educatieve film en daarom kwam er een bioscoopcommissie, samengesteld uit vooraanstaande burgers, die moest bekijken of een film vertoond mocht worden. Wanneer zij negatief beslisten betekende dat een flinke schadepost voor de bioscoop die de film wel al gehuurd en betaald had. Het werd de bioscoopexploitanten niet gemakkelijk gemaakt en om toch verzekerd te zijn van een vast inkomen besloot Jan Hendrik Martens om na zijn pensioen het Bondshotel op Rijksweg noord 7 te huren van Gulpener brouwerij. Hier opende hij een hotel en liet achter het hotel een kegelbaan aanleggen. Het hotel beschikte bovendien over een grote zaal die geschikt was om er films te vertonen.  De filmzaal werd naar een ontwerp van Wielders uitgebreid en van een podium voorzien en dit werd de Luxor.

Het hotel met kegelbaan en filmzaal was een succesformule. Ieder week was er een ander filmprogramma. Naast de gemeentelijke keuring kwamen er ook provinciale, landelijke en katholieke filmkeuringen. Deze instanties hanteerden niet dezelfde normen. Er ontstond een conflict en de filmverhuurders besloten om geen films meer te verhuren. De Luxor moest haar deuren sluiten. In 1928 kwam er een landelijke bioscoopwet maar dat betekende voor Sittard nog niet dat alle door deze instantie goed gekeurde films ook hier gedraaid mochten worden. Vond de gemeente dat de film niet geschikt was dan kreeg de bioscoop een waarschuwingen en na een herhaalde waarschuwing werd de bioscoop gesloten. Ondanks de minimumleeftijd van 18 jaar, de problemen met de keuring maar ook de 30% vermakelijkheidsbelasting hield Martens vol en geloofde in de toekomst van de bioscoop.

De vier kinderen van Jan Hendrik en Marie Allers waren allemaal werkzaam in het bioscoopbedrijf, voornamelijk in Sittard maar ook in Heerlen. Samen met zijn dochter Mietje maakten hij plannen voor een grote filmzaal/ concertzaal met 600 zitplaatsen aan de Engelenkampstraat. Hij benaderde architect Wielders voor een ontwerp. Het gebouw kende naast haar bestem
ming als bioscoop meteen al allerlei nevenfuncties. Zo werd in september 1930 de Eerste Sittardsche Middenstands Tentoonstelling (ESMITO) georganiseerd nog voordat het gebouw functioneerde als bioscoop, mede door de goede bereikbaarheid aan de rand van Sittard en de elektrische tram die voor de deur stopte. Door deze tentoonstelling was het Forum van Martens meteen volop bekend in Sittard en omgeving. Hierna volgden meer tentoonstellingen, traden variétéartiesten op, kwamen verenigingen samen in het Forum, werden er dansfeesten gehouden, kortom, het Forum fungeerde niet alleen als bioscoop maar had een bredere publieke functie voor Sittard. Het lijkt erop dat de vele functies al bij de opzet van het theater een rol gespeeld hebben. In het archief van de architect werden namelijk bij de tekeningen voor het theater diverse schetsen gevonden waarin het Forum Romanum is verwerkt, reden om aan te nemen dat de naam Forum afkomstig is van dit marktplein in Rome.In 1930 trok hij zich terug uit de Luxor en wijdde zich geheel aan de bouw van het nieuwe theater.

De Luxor werd in de dertiger overgenomen door het ondernemende echtpaar Eugene Beckers en Trees Visschers. Behalve de bioscoop hadden zij ook het ernaast gelegen hotel-café-restaurant. Volgens de overlevering.   Kort na het overlijden van Eugene Beckers, op 5 december 1939, zijn alle activiteiten gestaakt en is het gezin verhuisd naar het pand Landweringstraat 3.

Op 4 oktober 1930 werd de eerste film in het Forum  vertoond en de kranten waren vol lof over zowel het gebouw als de inrichting. Maar Martens wilde nog meer. Het tijdperk van de stomme film was voorbij en Martens had geïnvesteerd in een “klanktoestel”. Nog datzelfde jaar, ter gelegenheid van Kerstmis, draaide de muziekfilm Sonny Boy en gaf B&W in verband met de hoge investeringskosten, toestemming om de minimumleeftijd te verlagen naar 12 jaar. Tot 1937 bleef de exploitatie in handen van de familie Martens. Daarna werd de bioscoop voor 10 jaar en met het recht om het pand te kopen verhuurd. Door een conflict in de tweede wereldoorlog ging de verkoop in 1947 niet door en bleef de bioscoop in de familie. Ze werd over genomen door Dominique van den Bergh. Zijn zoon Ton volgde hem na enige jaren op en hij bleef eigenaar van het Forum. In 2002 opende hij samen met zijn zoon en zijn dochter een nieuwe bioscoop op de grens van Sittard en Geleen, Foroxity. Het oude Forum stond jarenlang leeg maar een paar geleden besloot Ton Vandenbergh om het oude gebouw weer aan te passen aan de nieuwe tijd.  De zaal en ook het podium werden hersteld en zo is Sittard weer een theater rijker.

Bron: “ Ondernemen en Overleven” van Fransje de Jong